Hoge Luchten, schatten uit het Rijks

Schatten uit het Rijksmuseum

Het Rijksmuseum en zes stadsmusea – Gemeentemuseum het Hannemahuis in Harlingen, Stedelijk Museum Zutphen, het Markiezenhof in Bergen op Zoom, Museum Gouda, Limburgs Museum in Venlo en het Westfries Museum in Hoorn – zijn een samenwerking (M6) voor acht jaar aangegaan voor een ambitieuze reeks reizende tentoonstellingen met als thema de vier elementen: aarde, water, lucht en vuur. Die krijgen een vertaling in de tentoonstellingsreeks Lage Landen (afgerond), Koele Wateren (afgerond), Hoge Luchten en Hete Vuren.

De komende jaren reizen vier tentoonstellingen met werken uit de collectie van het Rijksmuseum naar deze stadsmusea. Inmiddels is de derde reeks van start gegaan: ‘Hoge Luchten’. Net als de eerste twee tentoonstellingen ‘Lage Landen’ en ‘Koele Wateren’ is deze tentoonstelling gebaseerd op één van de vier elementen, in dit geval lucht. Veertig landschappen en stadsgezichten laten de kenmerkende Nederlandse wolkengezichten zien.

Hoge luchten

Bij lucht gaat de eerste gedachte uit naar wolkenformaties of een strak blauwe lucht boven het open landschap. In deze tentoonstelling ligt de nadruk op lucht boven steden, maar ook de lucht in steden. ‘Stadslucht maakt vrij.’ Het schilderij van Nicolaas Baur in het campagnebeeld is hiervan een sprekend voorbeeld. Een schaatswedstrijd voor vrouwen in Leeuwarden was 200 jaar heel bevrijdend. Het voelen van lucht geeft een gevoel van vrijheid en dat vormt een belangrijk onderdeel van de identiteit van Nederland. Denk maar aan persvrijheid, vrijheid van godsdienst enz.

Op veel schilderijen staan gebouwen die bijdroegen aan de lucht die de stadsbewoners konden voelen. Stadspoorten en -wallen boden veiligheid. Ook de stadhuizen van Amsterdam, Harlingen en Dordrecht zijn afgebeeld. Daar voelde men de politieke en bestuurlijke lucht of vrijheid. De vele kerken illustreren het feit dat de bewoners een eigen geloofsovertuiging mochten hebben.

In de steden aangekomen word je meegenomen door de straten van Harlingen, Amsterdam, Leerdam, Gorinchem, Den Haag, Dordrecht en Leeuwarden. En via sfeervolle impressies uit verschillende jaargetijden maak je een reis in de tijd, zoals het wintergezicht van Barend Avercamp.

In de tentoonstelling zijn ook prachtige vergezichten met indrukwekkende wolkenluchten te zien, zoals van de 17de-eeuwse schilders Albert Cuyp en Jan van Goyen, maar ook van onder meer de belangrijke meester uit de Romantiek, Cornelis Springer. Uit de Haagse School zijn verschillende werken van Jacob Maris vertegenwoordigd.

Opening in Zutphen

Zaterdag 27 november 2021 wordt de tentoonstelling in Zutphen officieel geopend in de St. Walburgiskerk. Ik mag aan deze besloten opening een poëtische bijdrage leveren. Vincent Kramer zal daarbij, op de hang, voor muziek zorgen.

Je kunt de expositie van 27 november 2021 tot en met 20 maart 2022 bezoeken in het Stedelijk Museum, ‘s-Gravenhof 4, in Zutphen.

Voor meer informatie over deze tentoonstellingsreeks klik hier.

Om te delen